Ik ben heel aantrekkelijk En beslist niet dom Maar waarom wil jij nooit Dat ik aan je kom
Ja, je hebt gelijk Je hebt een mooie kop Maar steeds als ik naar bed ga Dan sta jij pas op
refr.: Twee handen op een buik Twee vissen in een fuik Twee spinnen in een web Is het echt of is het nep In een stapelbedje is bepaald geen pretje Twee katten in het nauw Toch, toch wil jou
Tegenpolen, we blijven altijd tegenpolen
Ik mag er best wel wezen Dat zegt toch iedereen Maar waarom loop jij altijd Met een boogje om me heen
Wil ik voor je koken Haal jij liever Chinees En zeur je aan mijn kop Als ik de roddels lees
refr.
Tegenpolen, we blijven altijd tegenpolen
Dan ren je keihard weg en is het huis te klein En vlucht je door de achterdeur en pakt de eerste trein
Want de sleutels van de auto die heb je dan ingepikt Omdat ik jou dit kunstje al eens vaker heb geflikt
Dan blijf je weken weg en weet ik niet waar je bent Kom je terug, blijf ik hopen op een happy end